expr:class='"loading" + data:blog.mobileClass'>

vrijdag 22 september 2017

Brood

Als rechtgeaarde Nederlanders zijn we dol op brood. Onze veramerikaanste kinderen eten weinig brood maar manlief, hondje en ik compenseren dat ruimschoots. Niet vaak als ontbijt maar wel als lunch. En van een broodmaaltijd in de avond zijn we ook niet vies.

Lekker brood vinden in Amerika is zoeken naar een naald in de hooiberg. Fabrieksbrood is niet weg te krijgen en is ondanks een predikaat 'volkoren' of 'meergranen' veel te zoet naar Nederlandse maatstaven. Alleen eetbaar, en daar is dan ook alles mee gezegd, met pindakaas of jam maar niet weg te krijgen met rosbief of wat Old Amsterdam. 

Zelf brood bakken was tijdelijk een zeer smakelijke oplossing maar elke dag brood bakken en soms twee keer, bleek toch niet praktisch. Na werkelijk ieder brood in elke supermarkt geproefd en vaak weggegooid te hebben, heb ik nu dan toch verrukkelijk brood gevonden. Een luchtig en niet zoet meergranenbrood, wat wil een mens nog meer? 

Nou, een mens zou willen dat het niet zo verrekte duur was. Dit zeer smakelijke meergranenbrood kost namelijk $3,99. En in die verpakking van $3,99 zitten welgeteld 8 sneeën. Nu zijn de sneetjes niet klein maar kom op, 50 cent voor een snee brood?! En dan zit er nog geen beleg op...

Als ik met mijn boodschappenkar met vijf halve broden door de supermarkt rijd, dan heb ik bekijks. Wanneer ik die lading brood op de loopband bij de kassa leg, krijg ik commentaar. En niet vanwege het idiote bedrag dat ik neertel voor dat beetje brood, namelijk 20 hele dollars. Dat zou alleen een Nederlander bedenken.

Ik hoor niet zelden 'jij hebt zeker een héél groot gezin'. Ik schep er dan genoegen in om cynisch op te merken, dat het voornamelijk voor mij en mijn man bedoeld is. Een andere veel gehoorde opmerking is 'all those carbs!'. Vervolgens leg ik die persoon een beetje belerend uit, dat wij als Nederlanders brood eten met beleg. En geen beleg met brood. 

Een Amerikaan meent, dat hij moddervet wordt van zoveel carbs. Maar van die paar koolhydraten in de boterham zelf word je echt niet dik. Van de 2 cm dikke laag kaas en vlees op één boterhammetje echter wel. En dan heb ik het nog niet over het zakje chips wat ze hier standaard eten bij een broodje of boterham, weggespoeld met een flesje mierzoete ijsthee of vruchtensap. 

Nederlanders vragen mij 'wat geef jij je kinderen dan mee naar school?' 'Niets', zij eten namelijk in de schoolkantine. Daar nemen ze een soepje, salade, bagel of panini voor bijna het gelijke bedrag, wat ik zou betalen als ik ze vers belegde boterhammen van thuis mee zou geven. En ja, ze eten daar ook wel eens een frietje of pizza. Voor de broodnodige verandering zullen we maar zeggen.









vrijdag 8 september 2017

Het groene licht voor de Green Card

De tijd vliegt en wij zijn al ruim elf jaar weg uit Nederland. We hebben vier mooie jaren in Duitsland gehad en mochten één jaar van het prachtige Polen genieten. Maar ons hart lag en ligt in Amerika. Wij zijn bezig aan ons zevende jaar in dit (te) gekke land.

Van alle tijd die wij in Amerika hebben gewoond, zijn wij maar anderhalf jaar zogenaamde expat geweest. Expats krijgen veel kosten vergoed door de werkgever. Denk daarbij o.a. aan huisvesting (huur inclusief gas, water en licht) en bijvoorbeeld tickets voor het hele gezin (één of meerdere keren) om van en naar Nederland te reizen. Het geld wat je dan potentieel in je zakken kan houden...

Maar zoals gezegd, wij hebben er alleen in 2004 en 2005 even van genoten, want de rest van de tijd in het buitenland waren we local. De bomen reiken sinds de kredietcrisis niet meer tot in de hemel en dus werden expat contracten uitgekleed of werd je gevraagd te lokaliseren. Hier en daar ontvang je nog wel een tegemoetkoming, maar je moet vooral zelf je boontjes doppen. Zeker als je in dienst bent van een Amerikaans bedrijf.

Om in Amerika te kunnen werken, heb je een werkvisum nodig. Er zijn veel soorten visa en als je gesteund wordt door een bedrijf en er langer dan een jaar in dienst bent, is het niet lastig een tijdelijk visum te krijgen. Tricky aan dit soort visa is dat ze werk gerelateerd zijn. Als je bijvoorbeeld onverhoopt ontslagen wordt, heb je een probleem.  

Vorig jaar kwamen we aan in Amerika op een L1 werkvisum. Op het moment dat we voet op Amerikaanse bodem zetten, hebben we de green card procedure in gang gezet. Een helse klus want de hoeveelheid papieren die je per persoon aan moet leveren om die card aan te vragen, is enorm. We hadden al eens met het bijltje gehakt een kleine tien jaar geleden.

Wij woonden in Texas toen we de green cards voor de eerste keer kregen, maar vertrokken binnen de kortste keren naar Duitsland. In bezit zijn van de green card betekent, dat je belasting afdraagt aan de Amerikaanse overheid. Dat hebben we 3 jaar gedaan terwijl we niet in Amerika woonden en omdat een terugkeer naar Amerika destijds onlogisch was, hebben we met pijn in het hart afstand gedaan van onze green card. 

Bjorn werkte bij een Duits bedrijf, had het er prima naar zijn zin en werkelijk niets wees erop, dat de omstandigheden drastisch zouden veranderen. Nog geen half jaar nadat onze green cards vernietigd waren, kreeg Bjorn een 'offer you can't refuse' bij een Amerikaans bedrijf in Pennsylvania...DANG! 

Via Polen zijn we dan weer teruggekeerd op honk. Het afgelopen jaar was best spannend. De enige bescherming die we hier hadden, was het werkvisum. Als Bjorn onverhoopt ontslagen zou worden of erger nog, zou zijn overleden hadden we een reuze probleem gehad. Zonder hem of zijn baan, zouden we binnen de kortste keren het land hebben moeten verlaten. Met twee veramerikaanste kinderen in de high school leeftijd, is dat niet ideaal. 

Toen twee weken geleden het groene licht kwam dat de green cards verstrekt waren, waren we dus ongelofelijk blij en opgelucht. Als er nu iets gebeurt, hoeven we het land niet uit. Wij kunnen, wat er ook gebeurd, hier blijven tot 2027 en daarna de cards verlengen. Tegen die tijd zullen de kinderen oud genoeg te beslissen of ze Amerikaans staatsburger willen worden of niet. Maar de druk is van de ketel en wie dan leeft, die dan zorgt.